Zijn eiwitten in eten belangrijk? Bekijk het antwoord en kijk waar het inzit

Eiwitten worden ook wel proteïnen genoemd. Op het moment dat een ei wordt verwarmd, krijgt het wit van een ei een helderwitte kleur. De naam ‘eiwit’ is daar dus op gebaseerd. Eiwitten in eten bestaan uit aminozuren. Een keten van aan elkaar geplakte aminozuren wordt een eiwit genoemd. Een eiwit bestaat meestal uit een keten van 500 of meer aminozuren. Aminozuren bevatten:

• koolstof (C);
• waterstof (H);
• stikstof (N);
• zuurstof (C);
• sommige aminozuren bevatten zwavelmoleculen (S).

Er zijn in het totaal 22 verschillende aminozuren: 9 essentiële aminozuren, 6 semi-essentiële aminozuren en 7 niet-essentiële aminozuren. Essentiële aminozuren kunnen niet door het lichaam zelf worden gemaakt. U dient dit via voeding binnen te krijgen. Semi-essentiële aminozuren worden door het lichaam zelf gemaakt, alleen bij ziekte en bepaalde aandoeningen gebeurt dit te weinig. Niet-essentiële aminozuren maakt het lichaam zelf.

Eiwitten in eten

Eiwitten in eten zijn erg belangrijk voor de opbouw en onderhoud van ons lichaam. Dit komt, omdat ons lichaam voor 20% uit eiwitten bestaat. Het droge spiergewicht van een mens bestaat zelfs voor 75% uit eiwitten. Op het moment dat spieren beschadigd raken, bijvoorbeeld bij blessures in topsport, dient dit via de eiwitten in eten (ons voedsel) te worden hersteld. Dat brengt ons bij de vraag: ‘waar zit eiwit in’? Eiwit komt voor in zowel plantaardige producten als in dierlijke producten. Plantaardige eiwitleveranciers zijn bijvoorbeeld peulvruchten, noten, zaden, pitten, granen, tahoe of tofu (sojakaas), tempeh, seitan, Spirulina en Chlorella. Peulvruchten zijn planten met eetbare peulen en zaden. Tot de peulvruchten behoren linzen, bonen, tuinbonen en sojabonen. Tot de granen behoren tarwe, rogge, gerst, spelt, kamut, haver, rijst en maïs. Dierlijke eiwitten tref je aan in eieren, zuivel, vlees en vis.

Symptomen eiwittekort

Een eiwittekort is te herkennen aan de slechte kwaliteit van huid, haar en nagels. De nagels groeien traag en breken snel. Het haar is vaak dun en groeit meestal ook traag. De huid is veelal droog.

De biologische waarde

Het ene eiwit is het andere eiwit niet. Eiwitten hebben een bepaalde kwaliteit. De kwaliteit van een eiwit is gekoppeld aan de biologische waarde. Als de biologische waarde hoger is, is het eiwit van betere kwaliteit en vice versa. De biologische waarde van dierlijke eiwitten is hoger dan van plantaardige eiwitten, omdat de aminozuursamenstelling meer gelijkenis vertoont met het lichaamseigen eiwit. Het is verstandig om verschillende eiwitbevattende producten te combineren. De mix van de twee eiwitbevattende producten zorgt voor een hogere biologische waarde en een beter aminozuurpatroon, dan wanneer dit afzonderlijk van elkaar wordt geconsumeerd. Enkel voorbeelden hiervan zijn: granen en zuivel, aardappels en eieren, bonen en rijst. De Spaanse omelet (aardappels en eieren) heeft een biologische waarde die bijna 2 keer zo hoog ligt als dat van vlees en vis.

Verhoogde eiwitbehoefte

De volgende groepen mensen hebben een verhoogde eiwitbehoefte:

• kinderen en jongeren;
• vrouwen die zwanger zijn, voor het ongeboren kind en de placenta;
• vrouwen die borstvoeding geven, voor het maken moedermelk;
• vegetariërs en veganisten (een vegetariër eet geen vlees en geen vis, terwijl een veganist geen dierlijke producten eet);
• bodybuilders en powerlifters;
• mensen die dagelijks zwaar lichamelijk werk doen.

Daarnaast is er een verhoogde eiwitbehoefte bij ernstige stress, brandwonden en bij ziekte.